Verleden
VERLEDEN
WELKOM NIEUWS HEDEN REPERTOIRE CONTACT


Onstaan

We schrijven eind van de jaren 50, begin van de jaren 60 van de vorige eeuw .
Het Sint-Aloysiuscollege baadt in de typische sfeer van de Vlaamse colleges : quasi permanente aanwezigheid op school voor de middelbare scholieren (zondag inbegrepen), lange studiedagen, praktisch uitsluitend allround en vooral jonge priester-leraars, geestelijke oefeningen en retraites,...

Maar in die voor sommigen misschien te gesloten opvoedkundige ruimte was er ook plaats voor andere zaken : een sterk ontwikkelde sportcultuur, de KSA werking van de collegebond, film, vanaf 1963 het presidium, hobbyclubs en ook de zeer actieve en befaamde collegeharmonie Zimpezele. Honderden scholieren hebben in die harmonie hun eerste of enige muzikale vorming genoten.

Het is in die sfeer van ontluikende "greening" dat de titularis van de 4° Latijnse (nu derde jaar van het secundair) E.H. Alfons Bouckaert (° Rumbeke 1924), omstreeks 1953, naast zijn betrokkenheid bij de werking van de harmonie, het initiatief neemt tot een nieuwe en creatievere vorm van muziekbeleving. Hij sticht het Banjo-Orkest.
In het boek "De Geschiedenis van het Middelbaar Onderwijs en van het Sint-Aloysiuscollege in Menen" door Christine Buylaert en Pol Decuyper, uitgegeven in 1982, wordt het ontstaan van het Banjo-Orkest als volgt beschreven:
In september 1949 was E.H. Alfons Bouckaert uit Rumbeke titularis geworden van de 4de Latijnse. In 1951 startte hij met een mini-band gevormd uit viool, contrabas en accordeon en geleidelijk groeide de bezetting. De doorbraak kwam er met het principaalsfeest op 14 juli 1953. Vleugelpiano, contrabas, saxo, gitaar en 14 banjospelers onder zijn leiding zorgden er voor de verrassing.


Ontwikkeling

Haast onmiddellijk wordt het Banjo-Orkest een groot succes zowel bij de leerlingen als bij het publiek. Onder de gedreven leiding van E.H. Bouckaert, de organisator, de dirigent, de proost, de reisleider en na enkele jaren ook de zeer productieve componist, wordt het Banjo-Orkest van Vlaamse Studenten een populair maar kwalitatief hoogstaand ensemble. In binnen- en buitenland oogst het veel bijval met zijn typische sound en swingende nummers. Het aantal optredens gaat in stijgende lijn. Vele verre buitenlandse reizen vestigen de internationale faam van het orkest. Singles worden geperst en vinden in massale hoeveelheden gretige kopers.

Zo bekend was het Banjo-Orkest dat een brief, gepost in Duitsland zonder adresvermelding, door tante Post feilloos op het college werd afgeleverd.

Voor de meer dan 180 leden (muzikanten, zangers en technische en andere medewerkers in de loop der jaren) is het Banjo-Orkest een vormende en schitterende ervaring geweest.

Einde

De benoeming in januari 1970 van E.H. Bouckaert tot parochieherder in Knokke, na 21 collegejaren, veroorzaakt een schok in het college. De verslagenheid is groot zoals blijkt uit reacties in de Collegecronicke (nr 67 van juni 1970) en het schoolblad Antenne. (Deze laatste tekst verscheen ook in de Collegecronicke nr. 66 van maart 1970).

Een poëtische klaagzang circuleerde onder de leerlingen.

Zelfs in het buitenland veroorzaakte het vertrek van onze dirigent rimpels in de pers.

Ondanks de beroering bleef bisschop De Smedt bij zijn besluit en betekende deze benoeming het einde van het Banjo-Orkest in het college van Menen. Het orkest was door E.H. Bouckaert gecreëerd en leefde dank zij zijn werkkracht en persoonlijke inspiratie. Anders dan voor de collegeharmonie kon niemand dit van hem overnemen.
Het programma vastgelegd voor begin 1970 kon nog worden uitgevoerd. Een geplande buitenlandse reis naar Martell in het Lechtal moest echter afgeblazen worden.

Maar zijn creativiteit en gedrevenheid waren nog niet uitgeput want hij sticht in Knokke een nieuw Banjo-Orkest in de schoot van een scoutsgroep. Maar dat is een ander verhaal.